maandag 23 juli 2007

Agendawijziging: Minister van Gedane Zaken voor spoedoverleg naar Tripoli


De Minister van Gedane Zaken moest onverwachts verstek laten gaan bij de viering van de Dag van de Revolutie op achtereenvolgens de Libische ambassade ('Volksbureau van de Grote Libisch-Arabische Socialistische Volks-Jamahiryah') en de Egyptische ambassade.
Reden was het dringend verzoek van de Franse first lady Cécilia Sarkozy om haar te vervoegen in Tripoli. De vrouw van de Franse president Nicolas Sarkozy is samen met Europees commissaris voor buitenlandse betrekkingen, Benita Ferrero-Waldner, in Libië om te pleiten voor de vrijlating van de Bulgaarse verpleegsters en arts die daar reeds sinds 1999 vastzitten beschuldigd van het bemetten van honderden kinderen met het aidsvirus. De Europese Commissie kon maandag niet duidelijk maken waarom juist Cécilia Sarkozy naar Libië is gereisd, ook het feit dat zij gesecondeerd wordt door de Nederlandse Minister van Gedane Zaken, wekt bevreemding. Wij vernamen uit welingelichte kringen dat de dames elkaar persoonlijk kennen (ze delen een passie voor cowboylaarzen) en dat Cécilia wellicht daarom meent dat de Minister van Gedane Zaken, met haar unieke portefeuille, de aangewezen persoon is om met het adagium 'gedane zaken kunnen wel degelijk een keer nemen' de Libische sterke man Moammar Kadhafi te overtuigen om de Bulgaren eindelijk naar hun vaderland te laten vertrekken.

Geen opmerkingen: